Ruggenprik

Een ruggenprik is een manier van verdoving. Met een ruggenprik worden het onderlichaam en de benen verdoofd. Er zijn twee vormen van ruggenprik, de spinale anesthesie en de epidurale anesthesie. 

Spinale anesthesie

Eén van deze vormen, de spinale anesthesie, kan gebruikt worden bij operaties onder de navel. In dit geval wordt met een eenmalige injectie op een veilige plek onder in de rug een lokaal verdovingsmiddel ingespoten dat tijdelijk (duur is afhankelijk van het gekozen middel) zenuwsignalen blokkeert, waardoor u geen pijn voelt.

Op de plek waar deze verdoving wordt gespoten zit geen ruggenmerg en de kans op zenuwschade is dan ook zeer klein. Deze vorm van anesthesie geeft de best mogelijke pijnstilling tijdens de operatie, omdat de pijnsignalen worden geblokkeerd ter hoogte van de rug en niet in de hersenen aankomen. Hierdoor wordt door de hersenen geen pijn ervaren. De duur van de verdoving is afhankelijk van de door de anesthesioloog gekozen medicatie.

Epidurale anesthesie

Een andere vorm van ruggenprik, epiduraal anesthesie, kan gebruikt worden bij operaties aan de borstkast, de buik en het onderlichaam. Met deze ruggenprik wordt een slangetje ingebracht in een ruimte met vetweefsel buiten het ruggenmerg. De ingespoten lokale verdovingsmiddelen zullen de zenuwen verdoven die het ruggenmerg ingaan.

Het grote voordeel van deze ruggenprik is dat ook ná de operatie zeer goede pijnstilling mogelijk is, door de pijnsignalen in de rug te remmen. Dit betekent, net als bij de spinale anesthesie, dat de pijnsignalen die door de operatie worden gevormd niet in het hoofd aankomen. Dit is de beste manier van pijnstilling omdat de pijnsignalen direct worden geremd.

Naast dit grote voordeel heeft een epiduraal nog andere voordelen tijdens en na de operatie. Tijdens de operatie kan de anesthesioloog de ruggenprik gebruiken als pijnbestrijding waardoor hij minder narcosemiddelen en pijnstillers via het infuus nodig heeft om u onder narcose te houden. Hierdoor is de kans dat u misselijk wordt van de pijnstillers kleiner. Daarnaast is aangetoond dat bloedverlies tijdens de operatie minder is als u een epiduraal heeft. 

Een epiduraal wordt meestal aangeraden bij grote operaties, waarbij veel pijn te verwachten is. Pijn na de operatie heeft een aantal negatieve effecten. Door pijn zal uw ademhaling sneller en oppervlakkiger zijn en kunt u niet goed doorhoesten. Goed ademen en hoesten is echter belangrijk voor het voorkomen van ontstekingen in de longen. De kans op een longontsteking bij epidurale anesthesie is kleiner. 

Ook de kans op trombose is kleiner wanneer u een epiduraal heeft, doordat een betere doorbloeding een bijwerking is van de epiduraal. Deze betere doorbloeding geeft ook een kleinere kans op complicaties van de wondgenezing. 

Bij het prikken van een epiduraal wordt de rug altijd goed verdoofd, zodat dit geen pijnlijke ingreep is. Omdat het plaatsen van een epiduraal een ingreep is, bestaat er net als bij de operatie een risico op complicaties zoals een infectie, een bloeding of schade aan zenuwen. Deze kans is echter zeer klein. 
Er bestaat een kleine kans dat het niet goed lukt om de epiduraal te plaatsen. In dat geval zullen alternatieve manieren worden gebruikt om u tijdens en na de operatie pijnstilling te geven. 

Na de operatie loopt een verpleegkundige iedere dag één of twee keer bij u langs om te vragen hoe het gaat met de pijnstilling. De verpleegkundige voert een aantal controles uit om de kans op complicaties, zoals een infectie, te minimaliseren.  

Wanneer u bloedverdunners gebruikt dient u dit aan te geven op de preoperatieve screening (POS), zodat wij daar rondom de operatie rekening mee kunnen houden, om het risico op een bloeding te minimaliseren.