Reukstoornis

Iedereen kan weleens een periode minder goed ruiken. Dit komt meestal door een verkoudheid. Eten en drinken smaakt dan niet zo goed. Vaak herstelt de reuk en daarmee de smaak vanzelf weer nadat de verkoudheid is verdwenen. Helaas kan het reuk- en smaakvermogen ook langdurig of blijvend zijn aangetast. Reukverlies is een ernstig, medisch probleem en verdient een goede analyse van de ernst en de aard. Bij langdurig reukverlies verwijst de huisarts je naar de keel-, neus-, en oorarts (KNO-arts) voor verder onderzoek.

Reukstoornissen

Het reukzintuig bevindt zich bovenin de neus. Het reukepitheel is het weefsel dat verantwoordelijk is voor het waarnemen van reukstoffen. Bij reukstoornissen wordt een onderscheid gemaakt tussen kwalitatieve en kwantitatieve reukstoornissen:
  • Kwalitatieve reukstoornissen: geuren worden anders, intenser of als onaangenaam ervaren
  • Kwantitatieve reukstoornissen: het reukvermogen vermindert
De kwantitatieve reukstoornis wordt ingedeeld in geleidings reukverlies en perceptief reukverlies:
  • Geleidings reukverlies: vermindering of afwezigheid van reuk doordat geuren de reukzenuw niet bereiken
  • Perceptief reukverlies: vermindering of afwezigheid van reuk doordat de zenuw is beschadigd

Behandeling

Een geleidings reukverlies ontstaat door verkoudheden en neusbijholteproblemen. De behandeling bestaat uit medicijnen om een ontsteking of zwelling van het slijmvlies te bestrijden. Als dit onvoldoende werkt, kan een neusbijholteoperatie helpen.
 
Wanneer er sprake is van reukverlies door perceptief verlies dan is er schade aan de reukzenuw en is herstel vrijwel nooit mogelijk. Het reukverlies kan ontstaan door bepaalde verkoudheidsvirussen, die erg agressief zijn voor de reukzenuw en deze geheel of gedeeltelijk kunnen uitschakelen. Er zijn helaas geen behandelingen om perceptief reukverlies te verhelpen.